Status
Informeel (Van Adrichem Boogaert & Kouwe 1995).
Lithologische beschrijving
Opeenvolging van voornamelijk lichtgrijze kleistenen met relatief veel ingeschakelde steenkoollagen en een kleiner aantal ingeschakelde grijze en vale, (sub-)hoekige, slecht tot matig gesorteerde, zeer fijn- tot grofkorrelige, kleiige zandstenen.
Afzettingsmilieu
Lacustrien met tussenpozen van moeras en fluviatiele stroomgordel milieus (meanderende en anastomoserende riviersystemen), met sporadische mariene invloeden.
Definitie ondergrens
Concordant op de formaties van Klaverbank of Ruurlo. Het contact wordt gekenmerkt door een, naar boven toe, abrupte toename in het klei- en steenkoolgehalte. Dit niveau markeert de top van de algehele 'coarsening upward' trend in het onderste deel van de Limburg Groep. Onshore kan deze grens af en toe moeilijk vast te stellen zijn vanwege het kleiige, plaatselijk steenkoolrijke karakter van de onderliggende Formatie van Ruurlo.
Definitie bovengrens
Niet-discordant contact met het bovenliggende Laagpakket van Kemperkoul.
Dikte indicatie
Niet dikker dan de Formatie van Maurits.
Regionale correlatie
VK: Westoe Coal Formation & Schooner Formation; DUI: Horst, Dorsten & Lembeck Formations; BEL: Charleroi and Flénu Formations.
Ouderdom
laatst Bashkirien - Moscovien.
Oorsprong naam
Vernoemd naar de voormalige steenkolenmijn Maurits in Zuid-Limburg. In de mijnbouw nomenclatuur wordt met deze naam verwezen naar het Boven-Westfalien B.
Referenties
Van Adrichem Boogaert, H.A. & Kouwe, W.F.P. 1995. Stratigraphic nomenclature of The Netherlands, revision and update by RGD and NOGEPA, Section C, Silesian. Mededelingen Rijks Geologische Dienst, 50, 1-40.
Citeer als
TNO-GDN ([YEAR]). hoofd-Maurits laagpakket. In: Stratigrafische Nomenclator van Nederland, TNO – Geologische Dienst Nederland. Geraadpleegd op [DATE] op https://www.dinoloket.nl/stratigrafische-nomenclator/hoofd-maurits-laagpakket.